Er is continu interactie, en dus beïnvloeding, tussen de organisatie en haar omgeving en tussen de organisatie-onderdelen onderling. Succesvolle organisaties …

kenmerken zich door een hoge effectiviteit van deze interacties. De spelers beïnvloeden elkaar continu. Elke speler past zich aan. De organisatie levert continu en een in de tijd stijgende toegevoegde waarde.

Verbeteren van de interactie betekent werken aan het denk- en socialisatievermogen:

  • Het denkvermogen van een organisatie is het collectieve resultaat van persoonlijke groei, ontwikkeling van leden van de organisatie (Hardjono). Het rendement dat de organisatie haalt op ontwikkeling van haar leden.
  • Socialisatie vermogen is de bekwaamheid lange termijn samenwerkingsrelaties aan te kunnen gaan. Dit is in feite het vermogen de samenwerking en interacties op langere termijn stabiel te houden.

Voor het verhogen van deze vermogens werkt De gans & Van Geel aan de volgende drie thema’s:

  • samenwerken
  • snelle en goede besluiten
  • organisatieleren.

Snelle en goede besluitvorming

Goede besluiten hebben als kenmerk dat alle beschikbare informatie in het besluit verwerkt is, 

dat ze gedragen worden door alle relevante spelers en op het juiste moment genomen worden. Vraagstukken die in dit kader aan de orde komen zijn dus de interactie optimaliseren om informatie door de organisatie te laten stromen, ontwikkelen van relaties om de bronnen van informatie te ontsluiten en hoe besluiten en hun motivatie te verspreiden onder alle stakeholders.

Snelheid van besluitvorming is een van de factoren die de kwaliteit van besluiten bepalen. Snelheid speelt een rol bij:

  • Houden van initiatief: balans zoeken tussen snel en onzeker. Je moet onzekerheid accepteren om te kunnen leren.
  • Leervermogen: sneller zijn dan je concurrentie.
  • Samenwerking zeker stellen: te lang wachten betekent onzekerheid, lokaal voortschrijdend inzicht wat tot initiatieven leidt die de besluiten niet effectief maken.

Leren en verbeteren

Kennis is een groeiproduct. De groei wordt mogelijk gemaakt door feedback op besluiten en de handelingen die daaruit voorvloeien. Hoe korter de feedback loop, hoe minder vervuiling van de beeldvorming en des te sneller de groei. 

De richting die je als organisatie opgroeit hangt af van met welk referentiekader besluiten en handelingen beoordeeld worden. Is dat korte termijn winst, is dat omvang en kwaliteit van het klantenbestand, is dat impact op de maatschappij?

Om snelheid van leren te optimaliseren dient dus een gedragen referentiekader ontwikkeld te worden en een kortcyclische feedback loop.

Leren wordt effectief door kennis te gebruiken in besluiten en leidt dan tot verbetering. Hoe de opgaande kennis vertaald wordt in besluiten, bepaalt het rendement op resources, die deze kennis belichamen. 

Samenwerken

Leren en besluiten nemen gebeurt door mensen, ondersteund door informatiesystemen. Hoe effectief dit gaat wordt bepaald door hoe de interactie tussen deze ‘resources’ georganiseerd is. Hoe snel verspreid informatie zich, hoe wordt informatie geslecteerd die een rol speelt in besluiten en hoe wordt deze gebruikt om besluiten te nemen en te communiceren.